secundaire plantaardige stoffen

Wat zijn fytochemicaliën?

Secundaire plantaardige stoffen zijn chemische verbindingen die door planten worden gevormd om zich te beschermen tegen plagen, ziekten of omgevingsstress. Ze hebben meestal een intense kleur, een sterke geur of een bittere smaak. Er zijn meer dan 100.000 verschillende fytochemicaliën, die kunnen worden onderverdeeld in verschillende groepen, zoals

• Carotenoïden: Dit zijn gele, oranje of rode kleurstoffen die bijvoorbeeld voorkomen in wortelen, tomaten of pompoen. Ze hebben antioxiderende eigenschappen en kunnen het immuunsysteem versterken.
• Flavonoïden: Dit zijn meestal blauwe of paarse kleurstoffen die je bijvoorbeeld vindt in bessen, druiven of rode kool. Ze hebben ontstekingsremmende, anti-allergische en vaatbeschermende effecten.
• Glucosinolaten: Dit zijn zwavelhoudende verbindingen die bijvoorbeeld voorkomen in kool, broccoli en radijs. Ze hebben antibacteriële, antivirale en kankerwerende effecten.
• Fytosterolen: Dit zijn plantensterolen die bijvoorbeeld in noten, zaden of avocado zitten. Ze hebben cholesterolverlagende en immunomodulerende effecten.
• Saponinen: Dit zijn schuimvormende verbindingen die bijvoorbeeld voorkomen in peulvruchten, haver en quinoa. Ze hebben cholesterolbindende en bloedsuikerverlagende effecten.

Welk effect hebben fytochemicaliën op honden?

Secundaire plantaardige stoffen kunnen ook gezondheidsbevorderende effecten hebben voor honden als ze in gematigde hoeveelheden worden geconsumeerd. Ze kunnen bijvoorbeeld het immuunsysteem ondersteunen, ontstekingen remmen, vrije radicalen neutraliseren of het risico op bepaalde ziekten verminderen.

Fytochemicaliën kunnen echter ook ongewenste neveneffecten hebben als ze in te hoge doses of gedurende een langere periode worden toegediend. Ze kunnen bijvoorbeeld de spijsvertering verstoren, allergieën veroorzaken of de opname van andere voedingsstoffen belemmeren.

Hoe kun je je hond fytochemicaliën aanbieden?

Als je je hond fytochemicaliën wilt aanbieden, moet je een paar punten in gedachten houden:

• Kies alleen plantaardig voedsel dat geschikt is en wordt verdragen door honden. Vermijd bijvoorbeeld uien, knoflook, druiven of chocolade, die giftig kunnen zijn voor honden.
• Geef je hond alleen kleine hoeveelheden plantaardig voedsel en introduceer het geleidelijk in zijn dieet. Let op zijn reactie en pas indien nodig de hoeveelheid aan.
• Bereid het plantaardig voedsel zodat het makkelijker te verteren is voor je hond. Je kunt ze bijvoorbeeld koken, stomen of pureren.
• Combineer het plantaardig voedsel met andere hoogwaardige eiwitbronnen en vetten. Je kunt je hond bijvoorbeeld gekookte groenten met kip of zalm aanbieden.