Skip to main content

Varkensnier

Een weergave van Varkensnier

Varkensnier is een orgaanvlees dat je je hond kunt aanbieden als onderdeel van een uitgebalanceerd dieet. In dit artikel lees je wat varkensnier is, wat de voor- en nadelen ervan zijn en hoe je het aan je hond kunt voeren.

Wat is een varkensnier?

De varkensnier is de nier van een varken die dient als uitscheidingsorgaan. De nier filtert het bloed en verwijdert afvalstoffen die in de urine worden uitgescheiden. De nier heeft ook regulerende functies, zoals het regelen van de water- en elektrolytenbalans, de bloeddruk en de hormoonproductie.

De nier heeft een boonvormige vorm met een naar binnen gerichte inkeping, de hilus, waar de bloedvaten, zenuwen en urineleider in en uit gaan. De nier is omgeven door een stevig kapsel en bestaat uit twee lagen: de cortex en de medulla. De cortex bevat de nierlichaampjes, waar het bloed wordt gefilterd, en de medullaire piramides, waar de urine wordt gevormd.

Wat zijn de voordelen van varkensnier voor honden?

Varkensnier is een goede bron van hoogwaardige eiwitten, die belangrijk zijn voor de spieropbouw en celregeneratie. Varkensnier bevat ook veel vitaminen en mineralen die nodig zijn voor verschillende lichaamsfuncties. Deze omvatten:

  • Vitamine A: ondersteunt het gezichtsvermogen, het immuunsysteem en de gezondheid van de huid
  • Vitamine B2: bevordert de energiestofwisseling, zenuwfunctie en hematopoëse
  • Vitamine B12: helpt bij de vorming van rode bloedcellen, DNA-synthese en zenuwfunctie
  • IJzer: transporteert zuurstof in het bloed en voorkomt bloedarmoede
  • Zink: versterkt het immuunsysteem, wondheling en de reukzin
  • Selenium: beschermt tegen oxidatieve stress, ondersteunt de schildklierfunctie en vruchtbaarheid

Varkensnieren hebben ook een hoog gehalte aan purines, die worden afgebroken tot urinezuur. Urinezuur is een natuurlijk bestanddeel van urine en kan bij sommige honden leiden tot de vorming van urinestenen. Dit kan leiden tot plasproblemen, pijn en infecties. Honden met aanleg voor urinestenen of een verminderde nierfunctie kunnen daarom beter geen of slechts een kleine hoeveelheid varkensnier eten.

Hoe geef ik mijn hond varkensnier?

Varkensnier mag alleen als aanvullend voer worden gegeven en mag niet meer dan 10% van het dagelijkse rantsoen uitmaken. Te veel varkensnier kan leiden tot een onbalans in de toevoer van voedingsstoffen of tot spijsverteringsproblemen zoals diarree of braken.

Varkensnier kan rauw of gekookt gevoerd worden. Rauw varkensvlees kan echter een virus bevatten dat dodelijk is voor honden, het Aujeszky-virus. Dit virus wordt gedood door verhitting, dus varkensvlees moet altijd goed worden gekookt. Als alternatief kunnen andere diersoorten worden gebruikt, zoals rundvlees, lamsvlees of gevogelte.

Om te voorkomen dat varkensnieren sterk naar urine ruiken, kunnen ze voor het voeren geweekt of geweekt worden in karnemelk. Je moet ervoor zorgen dat de varkensnier vers is en geen verkleuring of onaangename geur heeft.

Varkensniertjes kunnen in kleine stukjes gesneden worden of gepureerd en door het normale voer gemengd worden. Je moet altijd langzaam beginnen met het voeren van orgaanvlees en de reactie van de hond observeren. Als de hond varkensnier niet lekker vindt of verdraagt, kan het vervangen worden door andere bronnen van selenium, zoals kokosnoot of gemalen paranoten.

 

Varkensnier is een voedzaam en smakelijk slachtafval dat je je hond ter afwisseling kunt aanbieden. Het bevat veel vitaminen en mineralen die belangrijk zijn voor de gezondheid van je hond. Zorg er wel voor dat je varkensnier alleen met mate geeft en kook het altijd goed door om het risico op infecties of urinestenen te vermijden. Als je hond varkensnier niet lekker vindt of niet verdraagt, kun je het vervangen door andere seleniumbronnen.

Leer nog meer over Varkensnier

Als je tekenen van overgevoeligheid of vergiftiging bij je hond opmerkt, moet je onmiddellijk je dierenarts raadplegen. Wij zijn geen vervanging voor een dierenarts, maar we proberen zo nauwkeurig mogelijk te zijn. Elke hond reageert anders en we raden je aan een second opinion te vragen of je dierenarts te raadplegen als je twijfelt.

Blijf gezond en zorg goed voor uw trouwe viervoeter! 😊