Skip to main content

T4

T4 is een hormoon dat wordt aangemaakt door de schildklier en belangrijk is voor de stofwisseling. Als je hond te weinig of te veel T4 heeft, kan dit leiden tot verschillende gezondheidsproblemen. In deze blogpost lees je meer over de functie, meting en behandeling van T4 bij honden.

Wat is T4 en hoe werkt het?

T4 staat voor thyroxine, een schildklierhormoon dat bestaat uit vier jodiumatomen. T4 wordt geproduceerd in de schildklier en afgegeven aan het bloed. Daar bindt het zich aan eiwitten die het naar de doelcellen transporteren. In de cellen wordt T4 gedeeltelijk omgezet in T3, dat een sterker effect heeft dan T4. T3 en T4 beïnvloeden de stofwisseling, groei, ontwikkeling en lichaamstemperatuur van je hond.

Hoe wordt T4 gemeten?

Om het T4-niveau van je hond te bepalen, moet een dierenarts een bloedmonster nemen en dit in het laboratorium analyseren. Meestal wordt de totale T4-waarde gemeten, dat wil zeggen de som van het vrije T4 en het aan eiwitten gebonden T4. De totale T4-waarde kan echter worden beïnvloed door verschillende factoren zoals leeftijd, ras, medicatie of andere ziekten. Daarom is het soms nodig om ook de vrije T4-waarde te meten, die alleen het ongebonden T4 in het bloed weergeeft. De vrije T4-waarde is nauwkeuriger, maar ook duurder dan de totale T4-waarde.

Wat zijn de normale T4 waarden bij honden?

Normale T4-spiegels bij honden kunnen variëren, afhankelijk van het laboratorium, de meetmethode en het referentiebereik. Over het algemeen worden de volgende waarden als normaal beschouwd:

  • Totaal T4: 15-67 nmol/l
  • Vrij T4: 7-40 pmol/l

Deze waarden kunnen echter variëren afhankelijk van de leeftijd, het ras en het geslacht van je hond. Oudere honden hebben bijvoorbeeld vaak lagere T4-waarden dan jongere honden. Ook hebben sommige rassen zoals Greyhounds of Ierse Setters van nature lagere T4-waarden dan andere rassen.

Wat betekent het als het T4-gehalte te laag of te hoog is?

Als het T4-gehalte van je hond te laag is, wordt dit hypothyreoïdie of een onderactieve schildklier genoemd. Dit betekent dat de schildklier niet genoeg hormonen produceert of dat de hormonen niet goed werken. De meest voorkomende oorzaken van hypothyreoïdie zijn een auto-immuunziekte, waarbij het immuunsysteem de schildklier aanvalt, of atrofie, waarbij de schildklier krimpt. Hypothyreoïdie kan leiden tot de volgende symptomen:

  • gewichtstoename
  • lusteloosheid
  • haaruitval
  • huidproblemen
  • Gevoeligheid voor kou
  • Gevoeligheid voor infecties
  • gedragsveranderingen

De behandeling van hypothyreoïdie bestaat uit de levenslange toediening van synthetische thyroxine (L-thyroxine), die het hormoondeficiëntie compenseert. De dosering moet individueel worden aangepast en regelmatig worden gecontroleerd.

Als de T4-spiegel van je hond te hoog is, staat dit bekend als hyperthyreoïdie. Dit betekent dat de schildklier te veel hormoon produceert of dat de hormonen een te sterk effect hebben. De meest voorkomende oorzaken van hyperthyreoïdie zijn een schildkliertumor of een overdosis L-thyroxine. Hyperthyreoïdie kan leiden tot de volgende symptomen:

De behandeling van hyperthyreoïdie hangt af van de oorzaak. Als er een schildkliertumor aanwezig is, kan een operatie, radiojoodtherapie of chemotherapie nodig zijn. Bij een overdosering van L-thyroxine moet de dosering worden verlaagd of stopgezet.

 

T4 is een belangrijk hormoon voor de stofwisseling van je hond. Om het T4-niveau van je hond te bepalen, moet een dierenarts een bloedtest uitvoeren. Als het T4-gehalte te laag of te hoog is, kan dit wijzen op een schildklierafwijking die behandeld moet worden.

Forfatterne går ud fra, at en dyrlæge bør konsulteres, hvis et dyr er sygt, og at medicin kun bør tages efter konsultation med en læge eller et apotek. Kun en individuel undersøgelse kan føre til en diagnose og beslutning om behandling.

Vi kan hjælpe dig med at finde din nærmeste dyrlæge → På denne måde